Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [82]De zon zal u niet meer wezen tot een licht des daags, en tot een glans zal u de maan niet lichten; maar [83]de HEERE zal u wezen tot een eeuwig Licht, en [84]uw God tot uw Sierlijkheid. 82. Die stad heeft niet van node dat de zon of maan daarin schijnen, want God zal daarin alles in allen zijn; 1 Kor.15:28; Openb.21:23, en Openb.22:5. Eenigen verstaan hier door de zon en maan al de wereldse heerlijkheid en glorie, het koninkrijk, het heiligdom, ceremonien, enz. 83. Voor de Heere, staat Openb.21:23: de heerlijkheid Gods. 84. Dat is, het Lam, Jezus Christus, die het licht of de kaars dier stad is; Openb.21:23.